Presentaties, spreekbeurten, voordrachten, pitchen: voor de één fantastisch voor de ander een nachtmerrie. Dat begint voor veel mensen al op de basisschool. Kan jij je nog herinneren of jij het leuk vond vroeger om voor de klas te staan en een spreekbeurt te geven?
Als kinderen of volwassenen het lastig vinden om voor de klas te staan om iets te presenteren of voor een groep te doen, wordt er vaak gezegd dat het juist belangrijk is dat ze dit wel leren en vaardigheden daarvoor ontwikkelen. Blijven oefenen, dan gaat het vanzelf beter! Regelmatig worden er dan ook oorzaken gezocht voor deze moeite: hij is verlegen, zij heeft een lage eigenwaarde, hij moet meer in zichzelf geloven.
Dit speelt niet alleen op de basisschool, maar ook op vervolgonderwijs en in het bedrijfsleven. Verlegen zijn, ongemak ervaren bij het presenteren of aandacht krijgen, wordt vaak één op één gekoppeld aan weinig zelfvertrouwen hebben. Het algemene idee is dat dat niet goed is en er dus aan gewerkt moet worden of dat het opgelost moet worden.
Dus wordt er gepoogd om die onzekerheid of het gebrek aan zelfvertrouwen ‘op te lossen’. Mensen gaan op trainingen in de trant van ‘leer te durven’ of ‘zijn wie je mag zijn’, trainingen ‘presentatietechniek’ of ‘spreken in het openbaar’ zijn heel gewild. Allemaal met de beste bedoelingen.
Wist je dat er best veel mensen zijn die het simpelweg in hun aard hebben om niet graag naar buiten te treden? Die vinden het verschrikkelijk om de spotlights op zich gericht te weten. Ze houden er niet van anderen te moeten overtuigen of iets uit te leggen terwijl anderen één en al oor zijn. Dat heeft niets met eigenwaarde of zelfvertrouwen te maken, maar met het feit dat ze daarmee geboren zijn. Het kost ze daardoor veel energie en ze vinden het ‘gewoon’ niet leuk. Zij hebben andere sterke KernTalenten!
Een konijn zal nooit echt kunnen vliegen, ook al leert hij in zichzelf te geloven, zichzelf te vertrouwen en trucjes om goed te vliegen. We kunnen tegen het konijn zeggen dat hij gewoon meer in zichzelf moet geloven. Wellicht zorgt dat er misschien voor dat ie een sprongetje van een meter gaat maken, maar écht vliegen, dat gaat ’m gewoon niet worden. Hoogstens een sprong van een hoge tak met als gevolg: gebroken poten. Laat hem gewoon doen waar hij voor gebouwd is: lekker rennen en springen. Dat vind hij ook nog leuk en kan hij goed.
En dat is prima.
