Stom stemmetje

Ze wist al wel wat van kerntalenten af toen ze bij me kwam. Hierdoor had ze al een idee gevormd over haar eigen kerntalenten. Het kwam voor haar dan ook wel als verrassing dat, na de analyse, het kerntalent ‘Show en entertainment’ klein was. ‘Ik heb het idee dat ik juist heel veel bezig ben met hoe dingen overkomen op anderen. En ik sta juist vaak in de spotlights.’ Maar uit de analyse kwam toch echt dat dit kerntalent klein was. 

Ze was er oprecht verbaasd over. ‘Bij alles wat ik doe, zelfs áán doe, ben ik altijd bezig met hoe het bij anderen overkomt en daar pas ik het dan op aan. Ook als ik in een groep ben of voor een groep sta is dat waar ik mee bezig ben. Het zorgt regelmatig dat ik dingen níet doe of me heel onzeker voel.’

Bezinken

We hadden nog een paar gesprekken voor de boeg, dus ik zei wat ik vaak zeg wanneer iemand een deel van de uitkomst niet direct herkent: ‘Laat het rustig bezinken, lees het verslag en ga hier in je dagelijks leven eens extra op letten. Dan bespreken we dit verder in een volgend gesprek.’ Dat haalt de druk vaak een beetje van de ketel, geeft ruimte om naar alle kerntalenten te kijken en geeft ook ruimte om er niet direct iets van te moeten vinden.

Een ruime maand later sprak ik haar weer. Dat ene kerntalent  was de afgelopen weken een flink ding geworden in haar hoofd. Maar wel met een interessant en verrassend resultaat voor haarzelf: ‘Ik denk dat het klopt. Dat kerntalent Show en entertainment is klein bij mij. Ik dóe het veel, bezig zijn met hoe dingen op anderen overkomen en in de spotlights staan, maar het kost me eigenlijk veel energie. Altijd dat stomme stemmetje in mijn hoofd: 'Hoe komt wat ik doe over op anderen?' Doodvermoeiend!

Geen gegraaf 

Hierin zit precies die nuance van de kerntalenten: het gaat niet om wat je kán of dóet, het gaat om waar je plezier in hebt en waar je energie van krijgt. Doordat ze deze nuance snapte, kon ze veel makkelijker dat stemmetje uit zetten. Het was iets wat ze zich had aangeleerd, maar tegenwoordig alleen maar in de weg zat. Ze had bijvoorbeeld het kerntalent ‘Esthetische creativiteit’ sterk en in plaats van te bedenken hoe haar kleding en make-up overkomt op anderen, kon ze veel meer bezig zijn met wat zíj mooi vond. En het werkte echt zo. Ze kreeg er veel meer ruimte van in haar hoofd en werd er meer ontspannen van wanneer ze zich onder mensen bevond.

Geen ‘gegraaf‘: Waar komt die behoefte dan vandaan, waarom vind je het zo belangrijk wat anderen vinden?’ Nee, gewoon de aandacht verleggen en in dit geval richten op één van haar sterke kerntalenten. Blijkbaar had deze manier van denken zijn nut verloren of misschien had het wel nooit zijn nut gehad. En ik kon haar ook een aantal kerntalenten aanwijzen die het aanleren van deze manier van denken in de hand hadden
geholpen.